1. | De informatie over de inhoud van de basispensioenregeling bevat in
elk geval het volgende:
|
| a. | de ingangsdatum van de pensioenovereenkomst;
|
| b. | de pensioenvormen, waarbij aangegeven wordt of nabestaandenpensioen,
al dan niet samen met ouderdomspensioen, deel uitmaakt
van de basispensioenregeling;
|
| | het karakter van de pensioenovereenkomst, waarbij wordt vermeld
welke risico’s door de werknemer gedragen worden;
|
| d. | de wijze waarop de pensioenaanspraken worden vastgesteld;
|
| e. | de ingangsdatum van het pensioen en de duur van de uitkering;
|
| f. | de gevolgen van beëindiging van de deelneming voor de hoogte van
de pensioenaanspraken waarbij aangegeven wordt welke pensioenaanspraken
op risicobasis zijn;
|
| g. | de gevolgen van arbeidsongeschiktheid voor de verwerving van
pensioenaanspraken;
|
| h. | een betalingsvoorbehoud van de werkgever;
|
| i. | de mogelijkheid tot vrijwillige voortzetting;
|
| j. | de informatieverplichtingen van de werknemer jegens de werkgever
en de uitvoerder.
|
2. | Indien er sprake is van een premieovereenkomst dan wel premieregeling,
informeert de uitvoerder de werknemer over:
|
| a. | de bestemming van de premie waarbij onderscheid gemaakt wordt
tussen pensioen op opbouwbasis, pensioen op risicobasis en de kosten;
|
| b. | het verloop van de premie.
|
3. | Tevens wordt informatie verstrekt over:
|
| a. | het wettelijk recht op waardeoverdracht of de mogelijkheid tot
waardeoverdracht;
|
| b. | de keuzemogelijkheden die er zijn ten aanzien van uitruil;
|
| c. | het bestaan van een vrijwillige pensioenregeling en de pensioenvorm
waarop deze vrijwillige pensioenregeling betrekking heeft;
|
| d. | de informatie die op verzoek verstrekt moet worden;
|
| e. | het actueel zijn van een korte- of langetermijnherstelplan (alleen
van toepassing op pensioenfondsen);
|
| f. | de bij de uitvoerder geldende klachtenregeling.
|
De informatie die over toeslagverlening wordt verstrekt heeft betrekking
op:
|
a. | het ambitieniveau en de voorwaarden die gelden bij de toeslagverlening;
|
b. | de wijze van financiering van voorwaardelijke toeslagverlening en
eventueel de hoogte van de reservering in relatie tot de benodigde
reservering;
|
c. | de verwachtingen ten aanzien van toekomstige toeslagverlening;
|
d. | de toeslagverlening over de afgelopen drie jaar waarbij wordt aangegeven
of dit in overeenstemming met het gepresenteerde toeslagenbeleid
is geweest.
|