Paragraaf 2.4.2 Memorie van Toelichting
Territoriale bepalingen over de uitvoeringsovereenkomst
Het EVO is niet van toepassing binnen de EU op verzekeringsovereenkomsten waarin risico’s worden gedekt die op het grondgebied van de Lidstaten van de EU zijn gelegen. Aangezien uitvoeringsovereenkomsten niets anders zijn verzekeringsovereenkomsten, is het EVO niet van toepassing.

Er zijn twee EU-richtlijnen die dit hiaat (grotendeels) opvangen: de Richtlijn Levensverzekering: vrij verrichten van diensten 2002/83/EG van 5 november 2002 (hierna te noemen Richtlijn Leven) en de Richtlijn 2003/41/EG betreffende de werkzaamheden van en het toezicht op instellingen voor bedrijfspensioenvoorziening over bedrijfspensioenvoorzieningen. Aangezien het geheel van bepalingen in de richtlijn Leven en het EVO niet op alle punten op elkaar zijn afgestemd, is in de Wet Conflictenrecht Levensverzekeringen (Stb. 1993, 16) de verhouding tussen de richtlijn en het EVO nader geregeld.

Onderbrenging bij een verzekeraar
Uit dit geheel van regelgeving volgt de volgende samenhang. Als er buitenlandse aanknopingspunten zijn, geldt dat partijen de vrijheid van rechtskeuze hebben. Als er géén rechtskeuze wordt gemaakt, geldt het recht van het land waar de verzekeringnemer gevestigd is. Als er wél een rechtskeuze wordt gemaakt, kan de bescherming van de dwingendrechtelijke bepalingen van het land van vestiging van de verzekeringnemer niet verloren gaan. Daarbij moet de werkgever in het geval van uitvoeringsovereenkomsten in het kader van pensioenen gezien worden als de verzekeringnemer.

Als gevolg hiervan kan ingeval van onderbrenging bij verzekeraars de situatie ontstaan dat, hoewel op de pensioenovereenkomst Nederlands recht (en dus deze wet) van toepassing is, op de uitvoeringsovereenkomst recht van een ander land van toepassing is. Dat is bijvoorbeeld het geval als een werkgever uit een andere EU-lidstaat met een in Nederland werkende werknemer een pensioenovereenkomst heeft afgesloten die hij wil onderbrengen bij een Nederlandse of buitenlandse verzekeraar. Omdat de werkgever als verzekeringnemer in het buitenland gevestigd is, geldt dat het buitenlandse recht van toepassing is op de uitvoeringsovereenkomst. Dat is onbevredigend. Het leidt er bijvoorbeeld toe dat de verzekeraar niet gehouden is aan voorlichtingsvoorschriften ten aanzien van de werknemer die in deze wet opgenomen zijn. De regering ziet evenwel geen duidelijke mogelijkheid te regelen dat op de uitvoeringsovereenkomst hetzelfde recht van toepassing is als op de pensioenovereenkomst.

Als de werkgever in Nederland gevestigd is maar een pensioenovereenkomst bij een buitenlandse verzekeraar wil onderbrengen, dan is deze wet van toepassing. Als gekozen wordt voor ander recht dan het Nederlandse, dan blijven de dwingendrechtelijke bepalingen toch van toepassing. Wel is in deze wet, zoals in de Regelen PSW al wordt gedaan, bepaald dat áls er gekozen wordt voor ander dan het Nederlands recht bij de uitvoeringsovereenkomst, een clausule moet worden opgenomen die bepaalt dat deze wet van toepassing is. Hiermee wordt bereikt dat een eventuele buitenlandse rechter die een oordeel moet vellen over een uitvoeringsovereenkomst van een in Nederland gevestigde werkgever met een in zijn land gevestigde verzekeraar, de juridische constellatie op grond van de richtlijn Leven en het EVO (over de dwingendrechtelijke bepalingen) nadrukkelijk onder ogen krijgt.

Onderbrenging bij buitenlands pensioenfonds
Sinds richtlijn 2003/41/EG is geďmplementeerd is het voor werkgevers mogelijk om een pensioenovereenkomst bij een pensioeninstelling in een andere lidstaat van de EU onder te brengen. Eveneens is het mogelijk dat buitenlandse werkgevers hun pensioenovereenkomst bij een in Nederland gevestigd pensioenfonds onderbrengen. Een belangrijke voorwaarde die de richtlijn stelt is dat het nationale sociale- en arbeidsrecht van lidstaten van toepassing blijft wanneer een pensioenovereenkomst wordt uitgevoerd door een in een andere lidstaat gevestigde pensioeninstelling. Wat onder andere onder arbeids- en sociaal recht moet worden verstaan kan worden teruggevonden in de toelichting bij het wetsvoorstel ter implementatie van Richtlijn 2003/41/EG (Kamerstukken II, 2004/05, 30 104, nr. 2), in samenhang met de transponeringstabel horend bij dit wetsvoorstel.

« terug
Memorie van Toelichting: