Art. 100 Pensioenwet
Keuze medezeggenschap bij ondernemingspensioenfonds
   1. Een ondernemingspensioenfonds waarvan:
      a. het aantal pensioengerechtigden ten minste 10% bedraagt van de som van het aantal deelnemers en het aantal pensioengerechtigden en waarvan het aantal pensioengerechtigden ten minste 25 personen bedraagt; of
      b. het aantal pensioengerechtigden ten minste 1000 personen bedraagt; stelt een deelnemersraad in waarin vertegenwoordigers van pensioengerechtigden zitting hebben of heeft een bestuur waarin vertegenwoordigers van pensioengerechtigden zitting hebben.

   2. Het ondernemingspensioenfonds raadpleegt schriftelijk de pensioengerechtigden over de wijze waarop de medezeggenschap van pensioengerechtigden, bedoeld in het eerste lid, wordt vorm gegeven, tenzij bij het ondernemingspensioenfonds al is voorzien in een deelnemersraad en een bestuur waarin vertegenwoordigers van pensioengerechtigden zitting hebben.

   3. Het ondernemingspensioenfonds volgt met betrekking tot de wijze waarop de medezeggenschap van pensioengerechtigden vorm wordt gegeven de wens van de meerderheid van de responderende pensioengerechtigden, mits ten minste de helft van het aantal pensioengerechtigden zijn voorkeur kenbaar heeft gemaakt, tenzij er zwaarwegende redenen zijn om af te wijken van de door de meerderheid van de pensioengerechtigden gemaakte keuze.

Memorie van Toelichting
Dit artikel is ingevoegd bij de Derde Nota van Wijziging.
Onderstaande toelichting komt uit deze Nota:

De in artikel 100 opgenomen getalscriteria zijn gebaseerd op een aanbeveling van de Stichting van de Arbeid die is opgenomen in bijlage 2 bij het tweede medezeggenschapsconvenant. Dit artikel sluit niet uit dat er pensioengerechtigden zowel via het bestuur als via de deelnemersraad medezeggenschap kunnen uit oefenen. Het woord «of» in het eerste lid moet gelezen worden als «en/of». Ook nadat een raadpleging is gehouden als bedoeld in artikel 100 en daarbij gekozen is voor bestuursdeelname voor vertegenwoordigers van pensioengerechtigden, bestaat nog steeds op grond van artikel 110 de mogelijkheid om ook om de instelling van een deelnemersraad te vragen.

« terug
Pensioenwet: