Relatie bemiddelaar-aanbieder

Vergewisplicht
De Wft legt de aanbieder een 'vergewisplicht' op met betrekking tot de legaliteit van een 'lagere schakel' in de distributieketen, zoals de wetgever het omschrijft (artikelen 4:94 en 4:95 Wft).

Kort gezegd komt dat erop neer dat de aanbieder geen zaken mag doen met een bemiddelaar die niet ingeschreven is in het AFM-register. Daarbij moet de aanbieder zich er tevens van vergewissen dat de vergunning van de bemiddelaar betrekking heeft op het betreffende vakgebied.

Deze verplichting rust op de aanbieder wanneer hij voor de eerste maal door een bemiddelaar wordt benaderd en vervolgens herhaalt hij dat onderzoek eenmaal per jaar.

Een extra registercontrole ois nodig wanneer de aanbieder in het kader van de normale bedrijfsvoering signalen ontvangt die bij hem twijfel oproepen over de inschrijving. Zo'n signaal kan zijn, aldus de toelichting: 'een artikel in de vakpers, stevige geruchten in de branche of een mededeling van de toezichthouders omtrent de illegaliteit van een bemiddelaar of gevolmachtigd agent.'

Deze zelfde verplichtingen gelden voor de bemiddelaar ten opzichte van een onderbemiddelaar en voor een gevolmachtigd agent ten opzichte van een ondergevolmachtigd agent.

Vergewisplicht bemiddelaar
Andersom heeft de bemiddelaar een vergewisplicht tot de legaliteit van 'een hogere schakel in de distributieketen (art. 4:96 Wft). Als de bemiddelaar in het kader van de normale bedrijfsvoering signalen opvangt dat een aanbieder handelt in strijd met de Wft, mag hij niet meer voor die aanbieder bemiddelen. Die vergewisplicht rust ook op de onderbemiddelaar ten opzichte van de bemiddelaar, de gevolmachtigd agent ten opzichte van de aanbieder en op de ondergevolmachtigd agent ten opzichte van de gevolmachtigd agent.

Deze plicht is beperkter dan die van de aanbieder ten opzichte van de bemiddelaar. Het is niet zo dat een bemiddelaar eerst zaken mag doen met een aanbieder nadat hij heeft gecontroleerd of de aanbieder een vergunning bezit.

De vergewisplicht ten aanzien van een 'hogere schakel' ontstaat wanneer de bemiddelaar in het kader van de normale bedrijfsvoering signalen bereiken die twijfel oproepen over de legaliteit van het handelen van de aanbieder. In dat geval dient hij zich ervan te vergewissen of de aanbieder al dan niet handelt in strijd met de vergunningregels.


Zie ook:

Wft: