Informatieregels

Reclame-uitingen
Alle informatie, dus ook die in reclame-uitingen, moeten stroken met de informatie die een financiële dienstverlener op basis van de Wft-regels moet verstrekken. Ook bij reclame-uitingen geldt de hoofdregel dat de informatie feitelijk juist, niet misleidend en begrijpelijk voor de klant moet zijn. De financiële dienstverlener is verplicht te vermelden dat hij is opgenomen in het register van de AFM.

Wanneer de reclame betrekking heeft op complexe producten gelden aanvullende regels (art. 52 Bgfo). Deze komen erop neer dat de uitingen zodanig evenwichtig moeten zijn dat de cliënt ten minste de relevante eigenschappen van de producten kan overzien. Ook de verplichting dat de reclame-uiting voorzien moet zijn van een risico-indicator staat in het Bgfo. In de Nadere regeling gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft (NRgfo) schrijft de AFM zeer gedetailleerd voor aan welke (vorm)vereisten de risico-indicator moet voldoen.

Maakt een bemiddelaar reclame voor producten van een aanbieder, dan zal de aanbieder verlangen dat de reclame-uiting voldoet aan de eisen van de Wft. Indien een bemiddelaar deze regels stelselmatig overtreedt is de aanbieder verplicht dit te melden bij de AFM.

Voor reclame met betrekking tot consumptieve kredieten bestaan aparte regels. Hier wordt volstaan met de verwijzing naar art. 53 Bgfo waarin de regels zijn geformuleerd.


Bgfo: