|
|
|
Betalingsbeschermers en uitvaartverzekeringen
Artikel 58 is gebaseerd op artikel 4:20, eerste lid, van de wet en regelt
dat adviseurs en bemiddelaars transparantie moeten bieden over hun
beloning en dat aanbieders informatie moeten geven over het feit dat zij
kosten maken ten behoeve van de distributie. De reikwijdte van de
beloningstransparantie die een tussenpersoon op grond van het eerste lid
moet bieden was beperkt tot complexe producten en hypotheken. Op
basis van signalen uit de markt dat er hoge provisies worden betaald is
het wenselijk om de reikwijdte van het eerste en derde lid uit te breiden
met betalingsbeschermers en uitvaartverzekeringen. Ingevolge deze
wijziging is de verplichting om transparantie te bieden uitgebreid naar
provisies die worden betaald voor betalingsbeschermers en uitvaartverzekeringen.
Kostenverklaring
Tevens is van de gelegenheid gebruik gemaakt om de regels met
betrekking tot de kostenverklaring aan te scherpen. Een aanbieder die –
zonder gebruik te maken van een bemiddelaar – rechtstreeks producten
verkoopt aan een consument, dient in de kostenverklaring aanvullende
informatie op te nemen over de aard en reikwijdte van zijn dienstverlening.
De aanbieder zal de consument in dat verband bijvoorbeeld
moeten informeren over de omstandigheid dat hij alleen zijn eigen
producten verkoopt en slechts alleen daarover advies verstrekt. Het is de
bedoeling dat het voor de consument duidelijk wordt dat de aanbieder
rechtstreeks zijn producten verkoopt en niet bemiddelt voor andere
aanbieders en bijvoorbeeld geen andere producten kan adviseren of zijn
eigen producten daarmee kan vergelijken in het kader van een eventueel
advies. Op deze wijze wordt duidelijk of de aanbieder zelf de aanbieder is
van alle producten binnen het complexe product of dat hij bijvoorbeeld
ten aanzien van de verzekering optreedt als bemiddelaar. Het onderscheid
tussen het optreden als aanbieder of bemiddelaar is voor de consument
relevant in verband met de keuzes die deze in dat verband kan maken. Zo
kan de consument wanneer iemand optreedt als bemiddelaar een keuze
hebben in de wijze van beloning voor de werkzaamheden die hiermee zijn
gemoeid. Daarnaast is het tijdstip waarop een aanbieder de kostenverklaring
dient te verstrekken vervroegd. De kostenverklaring mag niet
langer voorafgaand aan de overeenkomst worden verstrekt, maar zal op
een eerder moment voorafgaand aan het aanbieden in de zin van de wet
aan de consument ter beschikking moeten worden gesteld. Dit moment
valt in de praktijk samen met het moment na de oriëntatiefase. De
aanbieder zal voorafgaand aan het moment waarop hij zijn daadwerkelijke
werkzaamheden in het kader van het doen van een concreet voorstel tot
het aangaan van een overeenkomst start de kostenverklaring moeten
verstrekken. De kostenverklaring wordt daarmee verstrekt op een
vergelijkbaar moment als het dienstverleningsdocument dat door een
bemiddelaar op grond van artikel 149b, derde lid moet worden verstrekt.
Gelijk speelveld
Deze wijzigingen beogen om een gelijk speelveld tussen de verschillende
distributiekanalen – verkoop via tussenpersonen enerzijds en
rechtstreekse verkoop door aanbieders anderzijds – te bevorderen. De
consument die rechtstreeks bij een aanbieder een product wil afnemen
krijgt voorafgaand aan de dienstverlening duidelijkheid over de dienstverlening
van de aanbieder en de wijze waarop hij de kosten voor deze
dienstverlening door de aanbieder in rekening krijgt gebracht. Op basis
van deze uitgebreide kostenverklaring die een aanbieder moet verstrekken
wordt de consument beter in staat gesteld om een geďnformeerde keuze te
maken voor een bepaald distributiekanaal (bemiddelaars of directe
aanbieders).
Een aanbieder kan ook bemiddelen in producten van een andere
aanbieder. Hij treedt in dat geval op als een bemiddelaar en dat betekent
dat de verplichtingen van onder andere artikel 149b van toepassing zijn.
De aanbieder zal – in voorkomend geval naast de kostenverklaring – in de
hoedanigheid van bemiddelaar een dienstverleningsdocument moeten
verstrekken. Overigens kan worden opgemerkt dat op de achterliggende
aanbieder een eigen verantwoordelijkheid ingevolge de wet kan rusten
om de consument informatie over het product en de aard en reikwijdte
van zijn dienstverlening te verstrekken.
Voor de duidelijkheid zij opgemerkt dat de grondslag van artikel 58 met
zich brengt dat dit artikel niet van toepassing is op een aanbieder van een
beleggingsinstelling.
|
|
|