|
|
|
Vergunningen en ontheffingen, verleend ingevolge deze wet, zijn persoonlijk en niet overdraagbaar.
|
|
|
In
dit artikel is – om elk mogelijk misverstand daarover te voorkomen –
expliciet bepaald dat de vergunning persoonlijk en niet overdraagbaar is.
Dit betreft overdracht als bedoeld in artikel 3:84 van het Burgerlijk
Wetboek (BW), een van de wijzen van verkrijging van goederen krachtens
bijzondere titel als bedoeld in artikel 3:80, derde lid, van het BW. Een
verkrijging onder algemene titel in de zin van het eerste lid van artikel 3:80
van het BW – zoals een fusie als bedoeld in artikel 2:308 van het BW –
brengt wel met zich dat ook de vergunning van rechtswege overgaat met
de overige goederen die krachtens die algemene titel overgaan naar de
nieuwe rechtspersoon. Indien overgang onder algemene titel met zich
brengt dat tevens wijzigingen plaatsvinden in de activiteiten die door de
rechtsopvolger worden verricht op de financiële markten – zodat de
oorspronkelijke vergunning «de lading niet meer dekt» – dan is dit
aanleiding om de vergunning opnieuw te beoordelen en daaraan
bijvoorbeeld nieuwe voorschriften te verbinden, dan wel een geheel
nieuwe vergunning te verlenen.
|
|
|