|
|
|
Pensioenfondsen en verzekeraars nemen bij de uitvoering van de
pensioenovereenkomst verschillende posities in. Op 13 maart 2001 heeft
de Staatssecretaris van SZW een notitie aan de Tweede Kamer gestuurd
over de verschillen tussen pensioenfondsen en verzekeraars (Kamerstukken
II 2000/01, 26 537, nr. 4). In die notitie zijn de fundamentele
verschillen in de aard, doelstelling en verantwoordelijkheden van verzekeraars
en pensioenfondsen uitgebreid beschreven. Samengevat zijn de
belangrijkste verschillen:
• Doelstelling
Pensioenfondsen zijn opgericht door sociale partners om zonder winstoogmerk
de pensioenregeling van een bedrijfstak of een onderneming
uit te voeren en de pensioenaanspraken van hun deelnemers veilig te
stellen. Pensioenfondsen zijn uitsluitend bevoegd om pensioenovereenkomsten
uit te voeren die voortvloeien uit een arbeidsrelatie, de
zogenoemde tweedepijlerpensioenregelingen. Pensioenfondsen
hebben daardoor een omlijnde doelgroep: specifieke bedrijfstakken en
ondernemingen.
Verzekeraars zijn, voor zover het niet gaat om onderlinge waarborgmaatschappijen,
commerciële instellingen die met winstoogmerk
verzekeringen aanbieden. Verzekeraars mogen naast pensioenverzekeringen
ook andere levensverzekeringen en schadeverzekeringen
aanbieden. Naast het rechtstreeks verzekeren van een pensioenregeling,
kan een verzekeraar ook optreden als herverzekeraar van een
pensioenregeling van een pensioenfonds of een andere verzekeraar,
als administrateur van een pensioenregeling die bij een pensioenfonds
is ondergebracht en als beheerder van het vermogen van een
pensioenfonds.
• Verantwoordelijkheid
Sociale partners zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de
pensioenovereenkomst. In geval van uitvoering van de pensioenovereenkomst
door een pensioenfonds zijn sociale partners door de wijze
van de bestuurssamenstelling van pensioenfondsen ook betrokken bij
de uitvoering van de pensioenovereenkomst. Bij bedrijfstakpensioenfondsen
vormen vakverenigingen van werkgevers en van werknemers
het bestuur van het pensioenfonds. In geval van ondernemingspensioenfondsen
zijn werkgever en werknemers vertegenwoordigd in
het bestuur van het pensioenfonds. Het bestuur van een pensioenfonds
is verantwoordelijk voor de uitvoering van de pensioenovereenkomst.
In het geval van verzekeraars wordt de uitvoering van de pensioenovereenkomst
volledig overgedragen aan de verzekeraar. Daardoor is
er sprake van een scheiding van verantwoordelijkheden: sociale partners
zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de pensioenregeling en
de verzekeraar is verantwoordelijk voor de uitvoering van de pensioenregeling.
• Aard: continuïteit, collectiviteit en solidariteit
De relatie tussen een werkgever en een pensioenfonds heeft in principe
een onbeperkte duur. Pensioenfondsen hoeven geen verplichtingen
aan te gaan waarvan het niveau van tevoren is vastgesteld en
gelijktijdig sprake is van een vast afgesproken premie per collectief
contract. Zij hebben de mogelijkheid de premie aan te passen wanneer
dat nodig is binnen de in de uitvoeringsovereenkomst overeengekomen
grenzen. De relatieve zekerheid van pensioenfondsen over de
omvang van hun deelnemersbestand en de relatie met de werkgever
op de lange termijn, maken het voor pensioenfondsen mogelijk om bij
een eventueel tekortschietend vermogen altijd een beroep te doen op
de deelnemers. Pensioenfondsen kunnen de premie «uitsmeren» over
hun gehele deelnemersbestand en op die manier een hoge mate van
solidariteit creëren.
De pensioencontracten tussen werkgever en verzekeraars worden in
de praktijk voor bepaalde tijd afgesloten, meestal 5 of 10 jaar. De
hoogte van de premie ligt doorgaans vast voor de contractperiode.
Verzekeraars hebben minder zekerheid over de relatie met de werkgever
– en dus over de omvang van hun deelnemersbestand – op de
lange termijn dan pensioenfondsen en minder mogelijkheden dan
pensioenfondsen om door het «uitsmeren» van de premie over hun
gehele deelnemersbestand solidariteit te realiseren.
|
|
|