Memorie van Toelichting Art. 76 Pensioenwet
Plicht tot waardeoverdracht op verzoek deelnemer bij andere pensioenovereenkomst met dezelfde werkgever
Dit artikel ziet op de situatie dat de deelnemer bij dezelfde werkgever in een andere pensioenregeling gaat deelnemen, bijvoorbeeld omdat hij promotie maakt. In dat geval kan waardeoverdracht voor hem wenselijk zijn, namelijk wanneer die andere pensioenregeling door een andere pensioenuitvoerder of dezelfde pensioenuitvoerder wordt uitgevoerd.

Deze situatie lijkt op die welke wordt geregeld in artikel 71 omdat daar ook sprake is van een waardeoverdracht op verzoek van de deelnemer en een plicht van de pensioenuitvoerder om daaraan onder bepaalde voorwaarden mee te werken. Anders dan in artikel 71 is hier echter geen sprake van wisseling van werkgever en gelden daarom tevens de eisen van collectieve actuariële gelijkwaardigheid en van sekseneutraliteit.

Zoals hiervoor is aangegeven is het mogelijk dat de andere pensioenregeling door dezelfde pensioenuitvoerder wordt uitgevoerd. Dan is de financiële positie van de pensioenuitvoerder geen belemmering. Daarom staat in de slotzin bij het eerste lid «tenzij de overdragende en ontvangende pensioenuitvoerder niet identiek zijn en sprake is van de in artikel 72 omschreven situatie. In de PSW wordt de in het onderhavige artikel bedoelde vorm van waardeoverdracht in artikel 32ba geregeld en gelden ook de eisen van collectieve actuariële gelijkwaardigheid en van sekseneutraliteit. Op grond van artikel 32ba PSW bestaat voor deze situatie nog geen recht op waardeoverdracht, maar het is wenselijk daar nu wel in te voorzien. Dit recht op waardeoverdracht is dus nieuw. De in artikel 67 genoemde data zijn hier niet relevant.

De volzin waarmee het eerste lid afsluit ('Indien het verzoek van de gewezen deelnemer tot waardeoverdracht partnerpensioen betreft is voor de waardeoverdracht van dit partnerpensioen tevens vereist dat de partner die begunstigde is voor het partnerpensioen met de waardeoverdracht instemt.') is via een wetswijziging toegevoegd om duidelijk aan te geven dat de instemming van de partner uitsluitend relevant is voor het partnerpensioen en niet voor het ouderdomspensioen (red.).

Tweede en derde lid
De tekst van deze leden is identiek aan die van artikel 71, tweede en derde lid.

Vierde lid
In de tekst van dit lid zijn de eisen van sekseneutraliteit en collectieve actuariële gelijkwaardigheid opgenomen.

De eis van sekseneutraliteit houdt in dat de overdragende pensioenuitvoerder ervoor moet zorgen dat het te verwerven pensioen na waardeoverdracht naar de ontvangende pensioenuitvoerder voor mannen en vrouwen gelijk is. Een overdragende pensioenuitvoerder dient daartoe te controleren hoe de ontvangende pensioenuitvoerder omgaat met de eis van gelijke behandeling van mannen en vrouwen, met name of de ontvangende pensioenuitvoerder werkt met sekseneutrale of sekseafhankelijke factoren. In de gevallen dat een overdragende pensioenuitvoerder werkt met sekseafhankelijke- en de ontvangende pensioenuitvoerder met sekseneutrale factoren, én in de omgekeerde situatie (als een overdragende pensioenuitvoerder werkt met sekseneutrale- en de ontvangende pensioenuitvoerder met sekseafhankelijke factoren), is een correctie van de overdrachtswaarde noodzakelijk.

Op grond van de eis van collectieve actuariële gelijkwaardigheid moet de overdrachtswaarde bovendien dusdanig berekend worden dat er op het niveau van de pensioenuitvoerder geen geld achterblijft. Een overdragende pensioenuitvoerder mag bijvoorbeeld niet kiezen voor waardeoverdracht naar een pensioenuitvoerder die sekseneutrale factoren hanteert, door voor mannen en vrouwen een gelijke, doch zeer lage waarde over te dragen. De overdrachtswaarde moet dusdanig worden berekend in dat geval dat verwacht mag worden dat een pensioenuitvoerder gemiddeld genomen geen geld overhoudt (of tekort komt) bij waardeoverdracht.

Die eisen gelden ook wanneer niet alleen voor een individu een andere pensioenovereenkomst bij de zelfde werkgever gaat gelden bijvoorbeeld als gevolg van promotie, maar ook wanneer voor alle werknemers bij dezelfde werkgever de pensioenovereenkomst wordt gewijzigd (zie artikel 83, eerste lid, sub c). In de situatie waarop artikel 71 ziet, geldt alleen de eis van individuele actuariële gelijkwaardigheid.

Tevens wordt opgemerkt dat uit het hier bepaalde voortvloeit dat geen kosten in mindering mogen worden gebracht op de overdrachtswaarde door overdragende en door ontvangende pensioenuitvoerder (zie ook paragraaf 7.2.2). Dit is uitdrukkelijk bepaald in het zevende lid.

Vijfde lid
De eisen van sekseneutraliteit en collectieve actuariële gelijkwaardigheid gelden op grond van de PSW pas vanaf bepaalde data (vergelijk bijvoorbeeld ook artikel 60 en 62 en 83).

Zesde lid
Het is mogelijk om ook over de eerdere pensioenopbouw de uitgangspunten van sekseneutraliteit en collectieve actuariële gelijkwaardigheid te hanteren (vergelijk bijvoorbeeld ook artikel 54).

Zevende lid
Deze bepaling komt overeen met artikel 71, vijfde lid.

« terug
Pensioenwet: