|
|
|
Gedurende de looptijd van een overeenkomst inzake een natura-uitvaartverzekering of een overeenkomst die strekt tot fondsvorming ter voldoening van de verzorging van de uitvaart van een natuurlijke persoon verstrekt een natura-uitvaartverzekeraar de cliėnt, voorzover van toepassing, ten minste de volgende informatie:
a. iedere wijziging van zijn handelsnaam of handelsnamen, statutaire naam, rechtsvorm of adres;
b. iedere wijziging van de polisvoorwaarden; en
c. voorzover zulks niet blijkt uit een wijziging van de polisvoorwaarden: iedere wijziging van de overeenkomst ten aanzien van de in de artikelen 57, eerste lid, onderdeel c, en 63, eerste lid, onderdelen b tot en met h, j en l bedoelde onderwerpen of van de op die onderdelen van toepassing zijnde regelgeving.
|
|
|
Dit artikel komt in de plaats van artikel 46 van het Bfd en is gebaseerd
op artikel 4:20, derde lid, aanhef en onderdeel b, en vierde lid, van de wet.
In plaats van het begrip «consument» in artikel 46 van het Bfd wordt in dit
artikel het begrip «cliėnt» gebruikt. Dit hangt samen met het feit dat de
bepalingen over verzekeringen zich uitstrekken tot alle personen en niet
beperkt zijn tot de natuurlijke persoon die niet handelt in de uitoefening
van een beroep of bedrijf. In het Bfd volgde dit wat verzekeringen betreft
uit het gebruik van de term «consument» in samenhang met artikel 6 van
de Wfd. In de wet en dit besluit wordt in plaats daarvan de term «cliėnt»
gebruikt. De term «natura-uitvaartverzekeraar» wordt gebruikt waar het
Bfd de term «aanbieder» gebruikte. In de wet worden de financiėle
ondernemingen immers ook met de specifieke term (zoals verzekeraar)
aangeduid indien een bepaling zich tot die specifieke financiėle onderneming
richt. Inhoudelijk is er geen verschil met het Bfd beoogd.
Het tweede lid van artikel 46 van het Bfd is overgenomen in het eerste
lid van dit artikel. Het betreft een verduidelijking; uit artikel 4:18, tweede
lid, van de wet volgt immers al dat onder natura-uitvaartverzekering mede
wordt verstaan een overeenkomst die strekt tot fondsvorming ter
voldoening van de verzorging van de uitvaart van de natuurlijke persoon
die door een natura-uitvaartverzekeraar wordt aangegaan.
Ook voor artikel 74 geldt dat de cliėnt annex verzekeringnemer niet
(altijd) gelijk te stellen is aan de (herroepelijk of onherroepelijk) begunstigde
of gerechtigde op een uitkering.
Voor een toelichting op het eerste lid, onderdeel a, wordt verwezen naar
de toelichting op artikelen 57, eerste lid, onderdeel a, en 63, eerste lid,
onderdeel a. Zie voor een toelichting op de onderdelen b en c, de
toelichting op artikel 73, eerste lid, onderdelen b en c.
|
|
|