|
|
|
1 Voorafgaand aan de totstandkoming van een overeenkomst inzake krediet wint een aanbieder van krediet in het belang van de consument informatie in over diens financiële positie en beoordeelt hij, ter voorkoming van overkreditering van de consument, of het aangaan van de overeenkomst verantwoord is.
2.De aanbieder gaat geen overeenkomst inzake krediet aan met een consument indien dit, met het oog op overkreditering van de consument, onverantwoord is.
3.Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld met betrekking tot het eerste en tweede lid.
|
|
|
Naast de verplichting tot het verstrekken van informatie zoals vastgelegd
in artikel 4:20 heeft de aanbieder waar het krediet betreft ook een
verplichting tot het inwinnen van informatie en het aan de hand van die
informatie beoordelen of de kredietverlening verantwoord is voor de
consument in verband met het risico van overkreditering.Deze verplichting
wordt overgenomen uit artikel 51 van de Wfd en zal in lagere
regelgeving worden uitgewerkt.In bepaalde gevallen zal de verplichting
er toe leiden dat voorafgaande aan het sluiten van een overeenkomst
inzake krediet de databank van een stelsel van kredietregistratie moet
worden geraadpleegd.In de toelichting op artikel 51 van de Wfd is
aangegeven dat de aanbieder van krediet om tot een goede beoordeling
van de financiële positie van de consument te komen, inzicht moet
hebben in zowel de inkomsten, bijvoorbeeld de bron en hoogte van de
inkomsten van de consument of relevante derden, als bepaalde vaste
uitgaven van de consument, zoals de huur dan wel de hypotheeklasten,
alimentatie en ziektekostenverzekering. Een zwakke of onzekere positie,
bijvoorbeeld van jongeren met een laag inkomen, zal er eerder toe leiden
dat het aangaan van een overeenkomst inzake krediet onverantwoord is in
het kader van het voorkomen van overkreditering van de betrokken
consument.
In het tweede lid van artikel 4:34 is uitdrukkelijk vastgelegd dat er geen
krediet mag worden verleend indien dit met het oog op voorkoming van
overkreditering van de consument onverantwoord is.De aanbieder van
krediet baseert zich daarbij op de informatie die verzameld is op grond
van het bij en krachtens het eerste lid bepaalde.
De regels die bij of krachtens de algemene maatregel van bestuur
kunnen worden gesteld kunnen onder andere betrekking hebben op de
informatie die op grond van het eerste lid moet worden ingewonnen en
op de beantwoording van de vraag wanneer sprake is van overkreditering.
|
|
|