|
|
|
9. Bij regeling van Onze Minister kunnen regels worden gesteld met betrekking tot kapitaalovereenkomsten of premieovereenkomsten waarbij het op de pensioendatum beschikbaar komende kapitaal wordt gesplitst in een deel dat wordt aangewend voor aankoop van een direct ingaande tijdelijke uitkering en een deel dat later wordt aangewend voor de aankoop van een, op de tijdelijke uitkering aansluitende, levenslange uitkering. In deze regeling:
a. kunnen dergelijke uitkeringen, en daarbij horende uitkeringen voor nabestaanden, worden gelijkgesteld met een pensioen als bedoeld in artikel 1 (ouderdomspensioen, arbeidsongeschiktheidspensioen of nabestaandenpensioen, zoals tussen werkgever en werknemer overeengekomen);
b. kan worden bepaald dat dit pensioen voldoet aan de artikelen 15 en 63;
c. kan worden bepaald dat pensioenuitvoerders verplicht zijn mee te werken aan splitsing zoals beschreven in de aanhef; en
d. kunnen regels worden gesteld betreffende een goede uitvoering.
10. De regeling, bedoeld in het negende lid, is uitsluitend van toepassing indien de pensioendatum is gelegen na 31 december 2008 en het op de pensioendatum beschikbaar komende kapitaal nog niet is aangewend voor aankoop van een levenslange uitkering.
Art. 15 PW Nadere eisen ouderdomspensioen
1.Indien een pensioenovereenkomst voorziet in een ouderdomspensioen, wordt in de overeenkomst bepaald dat dat pensioen levenslang wordt uitgekeerd aan de gepensioneerde, tenzij het ouderdomspensioen uitsluitend voorziet in een uitkering tot het bereiken van de pensioenleeftijd op grond van de Algemene Ouderdomswet of tot het bereiken van de pensioenleeftijd voor het levenslange ouderdomspensioen.
2.Elk beding in strijd met het eerste lid is nietig.
Art. 63 PW Variatie hoogte pensioenuitkering
1.De hoogte van een pensioen kan na ingang variėren mits:
a. de laagste uitkering niet minder bedraagt dan 75% van de hoogste uitkering; en
b. de mate van variatie uiterlijk op de ingangsdatum van het pensioen wordt vastgesteld.
2.Voor de toepassing van het eerste lid blijft in de periode tussen de ingangsdatum van het pensioen en het bereiken van de 65-jarige leeftijd, van de uitkering buiten aanmerking het gedeelte dat overeenkomt met het bedrag bedoeld in artikel 18d, derde lid, van de Wet op de loonbelasting 1964.
Memorie van Toelichting:
De reden voor het introduceren van deze begrippen is nader toegelicht in
het algemeen deel van deze memorie van toelichting.
De in de onderdelen a, b en c genoemde overeenkomsten zijn gedefinieerd
in artikel 1 van dit wetsvoorstel. Essentieel voor het onderscheid is
het karakter van de pensioenovereenkomst in de opbouwfase. Waarop
heeft de pensioenovereenkomst betrekking? Is het uitgangspunt de
pensioenuitkering, het kapitaal of de beschikbaar gestelde premie?
Hoewel er in de praktijk varianten worden gehanteerd die gepresenteerd
worden als combinaties van beschikbare premieregelingen en eindloonregelingen,
is steeds maar één element het uitgangspunt. Daar spitst
de toezegging van de werkgever zich op toe.
Onderdeel a
Deze vorm heeft betrekking op eindloon- en middelloonregelingen en
vastebedragenregelingen. Het uitgangspunt van de pensioenovereenkomst
is dan een bepaalde uitkering. Tijdens de opbouwperiode wordt al
aangegeven wat de uitkering zal zijn. Deze is dan al vastgesteld. Na de
ingangsdatum van het pensioen kan de hoogte van de uitkering evenmin
variėren, er moet immers sprake zijn van een vastgestelde uitkering in de
zin van artikel 1 (zie de definitie van «uitkeringsovereenkomst»). Uiteraard
is het wel mogelijk dat de uitkering verhoogd wordt door toeslagverlening.
Onderdelen b en c
In een kapitaalovereenkomst is de hoogte van het kapitaal het uitgangspunt
en staat de hoogte daarvan vast. Daarom wordt gesproken over een
vastgesteld kapitaal. Het is dus ook in de opbouwfase niet mogelijk om te
werken met een kapitaal in beleggingseenheden of in vreemde valuta. Het
is wel mogelijk om een premie toe te zeggen en die vervolgens aan te
wenden voor aankoop van beleggingseenheden, maar dan is er geen
sprake van een kapitaalovereenkomst maar van een premieovereenkomst.
|
|
|