Premiepensioeninstelling

Toegevoegde waarde
De Memorie van Toelichting wijst erop dat een verzekeraar op grond van de vergunningsvereisten zich niet uitsluitend kan toeleggen op pensioenuitkeringen op basis van premieovereenkomsten en daarbij zelf geen risico's verzekeren.

Er gelden geen specifieke eisen op het gebied van bijvoorbeeld de technische voorzieningen en de solvabiliteitsmarge. Ook gelden niet de bepalingen inzake de portefeuilleoverdracht, de noodregeling en bijzondere maatregelen zoals saneringplannen. Anders gezegd; met de komst van de PPI kan een marktpartij zich snel toeleggen op de (grensoverschrijdende) uitvoering van premieregelingen.

Memorie van Toelichting: "Een PPI die zich kan toeleggen op één enkele activiteit, en zich daarin zal specialiseren, zal naar verwachting efficiënter kunnen opereren dan een instelling die verschillende activiteiten ontplooit (waarbij dit al of niet van rechtswege opgelegd wordt)."

Artikel 3:36 van de Wft bepaalt dat het een verzekeraar verboden is een ander bedrijf uit te oefenen dan het bedrijf waarvoor de vergunning is verleend.
Als een verzekeraar een PPI opricht in de vorm van een separate rechtspersoon, krijgt deze rechtspersoon een vergunning - als het aan de voorwaarden voldoet - en daarmee een IORP-paspoort. De activiteiten van die PPI gelden niet als nevenactiviteiten in de zin van de Wft.

Omdat de PPI nadrukkelijk geen pensioenfonds is waarin sociale partners uitsluitend voor hun eigen solidariteitskring een pensioenregeling uitvoeren, hoeven voor de PPI niet dezelfde eisen te gelden die aan pensioenfondsen worden gesteld. Ook zal voor de PPI geen domeinafbakening gelden. Voor de pension fund governance zullen de principes van toepassing zijn zoals die nu ook gelden voor verzekeraars.

« terug