Pensioenovereenkomst | Arbeidsrelatie

Bescherming deeltijders en jongere werknemers
Op grond van de gelijke behandelingseis - één van de pijlers van de pensioenwet - moeten deeltijders in het kader van het al dan niet sluiten van een pensioenovereenkomst net zo behandeld worden als voltijders. Een werkgever die aan één of meer werknemers een aanbod doet tot het sluiten van een pensioenovereenkomst, mag het doen van dat aanbod niet achterwege laten aan een andere werknemer om het enkele feit dat deze minder dan de volledige arbeidstijd werkt.

Om na te gaan of een deeltijder voor pensioen in aanmerking komt, moet zijn loon herleid worden naar het loon dat hij in een voltijd baan zou hebben verdiend.

De pensioenaanspraken worden vastgesteld naar evenredigheid van de pensioenaanspraken die hij bij volledige arbeidstijd zou hebben verkregen.

Bij arbeidsongeschiktheidspensioen is onderscheid op grond de omvang van de arbeidstijd niet toegestaan. Wel mag bij de vaststelling van het arbeidsongeschiktheidspensioen rekening gehouden worden met een Wia-uitkering.

In geval een werkgever aan een of meer werknemers een aanbod doet tot het sluiten van een pensioenovereenkomst, mag deze werkgever het doen van een aanbod aan een andere werknemer niet achterwege laten vanwege het enkele feit dat die werknemer een bepaalde leeftijd nog niet heeft bereikt, tenzij de werknemer jonger is dan 21 jaar, of wanneer het gaat om een kortlopend overbruggingspensioen.

« terug

Pensioenwet:

Memorie van Toelichting: